Family Card - Person Sheet
Family Card - Person Sheet
NameRik Brugman , 89877
Birth1928
Death3 Jun 2021
OccupationNOS/NOB medewerker
MotherFrieda Frowein , 89875 (~1895-)
Notes for Rik Brugman
IK BEN IN HET BEZIT VAN ARTIKEL UIT DE GOOI- EN EEMBODE, D.D. 13 JANUARI 2011:
RIK BRUGMAN: ‘IK BEN BETROKKEN GEWEEST BIJ ALLE GROTE SHOWS, VAN DUYS TOT AAN CARELL’
HISTORISCH HILVERSUM: EEN LEVEN IN DE MEDIA
“Nee, je krijgt geen vast contract. Die nieuwe uitvinding, de televisie: je weet nooit of dat weer overvliegt.” Dat hoorde Rik Brugman (81) toen hij aan zijn werk bij de omroep begon, in 1952. De televisie bleef en Brugman ook.
Een verhaal van een echte omroepman.
In zijn huis herinnert weinig meer aan de jaren televisiewerk van Rik Brugman. Ook de televisie zelf is niet zo bijzonder. “Nee, zoveel kijk ik niet meer, deze grote kast voldoet prima.” Maar zodra je begint over zijn carrière in de media, blijkt dat Brugman geen foto’s of andere dingen nodig heeft om aan die tijd terug te denken. Hij heeft vele mooie herinneringen aan zijn tijd bij de omroep.
Brugman heeft het werken bij de televisie dan ook niet van een vreemde. “Mijn vader is Bert Brugman. Hij was in 1923 oprichter van het Nederlands Marionettentheater. Een theater dat snel faam kreeg in Nederland en daarbuiten. Via dit theater kwam ik ook voor het eerst in contact met de televisie. Mijn vader mocht namelijk met zijn marionetten een hoorspel op televisie uitzenden. Dat was in 1951. Dat bleek een groot succes dat hij later alleen maar heeft uitgebouwd. Ken je het programma Dappere Dodo? Was van hem met zijn theater.” Toch kwam Rik Brugman niet via zijn vader bij de televisie maar via het leger. “Ik was in het leger sergeant radiomonteur. Ik wist alles van de techniek dus. Toen ik eenmaal uit het leger kwam, ging ik ook aan de slag met televisietoestellen. Hoe zaten ze in elkaar en wat was de techniek erachter. In het voorjaar van 1952 mocht ik aan de slag voor de NTS, de eerste naam van de televisieuitzendorganisatie, omdat ik zoveel van de techniek wist. Ik ben daar begonnen als technicus. Maar zonder vast contract. Het was nog de experimentele tijd van de televisie. Niemand was zeker of het een blijvend iets zou worden. “Je weet nooit of het weer overvliegt”, werd er gezegd. Ik begon als schakeltechnicus en uiteindelijk kreeg ik wel een vast contract: ik ben nooit meer uit de omroepwereld weg gegaan. Zo ben ik hoofd beeldtechnicus geweest en ook chef technici bij de NOS en NOB. Dan stuurde ik een grote groep mensen aan bij de grote televisieuitzendingen. Bij shows van Willem Duys bijvoorbeeld of Rudi Carell. Ook bij Swiebertje en Ja Zuster, Nee Zuster was ik toen betrokken. Heel Nederland keek naar die programma’s, dat maakte het extra bijzonder.”

Brugman heeft alles meegemaakt bij de omroep, dus ook de start van de eerste uitzendingen in kleur. “Dat was nog lastig, want bijna niemand had een kleurentelevisie in Nederland. De techniek hadden we wel, maar het had nog geen nut om in kleur uit te zenden, als toch niemand het kon zien! In 1962 begon ik al met de eerste camera’s van Philips te experimenteren met kleur en opnemen in kleur. Dit gebeurde in een natuurkundig laboratorium in Waalre. De officiële start van de kleurentelevisie was pas vijf jaar later, tijdens de Firato, een tentoonstelling van radio en televisie. Pas enkele jaren daarna is kleur op tv de standaard geworden. Ook kregen we te maken met steeds meer uitzendingen op locaties, omdat de techniek kleiner werd. De camera’s konden nu vervoerd worden. Zo heb ik, volgens mij was het in 1955 of 1956, de eerste binnenkomst van Sinterklaas op televisie technisch begeleid. Een flinke klus. Nu gaat dat allemaal makkelijker, met een kleine regiewagen op locatie. Dat hadden we destijds nog niet. In het begin moest een camera altijd verbonden zijn via dikke veeladerige kabels aan studioapparatuur. Die apparatuur zat in een reportagewagen, dus als er een uitzending buiten de studio moest plaats vinden kwam er altijd een reportagewagen aan te pas, waar al die apparatuur in zat. Een van die eerste reportagewagens, die al meer dan vijftig jaar oud is, waar ik dus nog mee gewerkt heb, staat in een apart gebouwtje bij het gebouw van Beeld en Geluid.
Pas in de tweede helft van de jaren zeventig kwamen de eerste draagbare camera's, die zonder een reportagewagen konden werken, al dan niet met een videorecorder. Bij een eerste opzet, bekend onder de naam ENG (electronische nieuwsgaring) was ik eveneens betrokken. Ik bewaar dan ook goede herinneringen aan de opkomst van de televisie in Nederland.”
En na jaren werken bij de televisie was het tijd voor zijn pensioen. Erg vond Brugman het niet, dat hij meer vrije tijd kreeg, maar zich helemaal los- maken uit de omroepwereld kon hij ook niet. Hij ging zich nadrukkelijk bezig houden met het Omroepmuseum, destijds nog gelegen aan de Oude Amersfoortseweg.” Daar stond dus die oude regiewagen waar ik nog in gewerkt heb. Ook stonden er oude radio’s en andere apparatuur. Omdat ik er veel ervaring in heb, kon ik veel van die dingen weer aan de praat krijgen. Zodat je in het museum echt kon zien hoe alles werkte en hoe het er in mijn jaren aan toe ging.” Later ging dat museum over in Instituut voor Beeld en Geluid, vlakbij het MediaPark. Uiteraard was Brugman bij de opening. “Een heel mooie plek waar je echt heel veel dingen in het archief kan vinden.”
Al is er niet alles meer te zien waarbij Brugman betrokken was. “Nee, destijds werden alle uitzendingen opgenomen op videobanden. Maar die waren destijds ontzettend duur. Dus als bijvoorbeeld het ‘t Schaep met de 5 pooten afgelopen was, werden de banden waar het op stond gebruikt voor de volgende show. Het werd gewoon over elkaar opgenomen, omdat het anders veel te veel geld zou kosten. Ja, nu vind je dat zonde, maar destijds wist je niet anders. Je weet niet dat zo’n show achteraf bijna legendarisch wordt.” Brugman haalt er van boven dan toch nog wat oude foto’s bij van regiekamers en oude studio’s. “Ik heb nog gewerkt in Studio Irene en in het Singer Museum werd Top of Flop op- genomen. Pas later kwam het Omroepkwartier, zoals het MediaPark destijds heette.
En nu is de televisie niet meer weg te denken uit Hilversum. En gelukkig maar! Het was geen eendagsvlieg.”
Last Modified 10 Jun 2021Created 22 May 2024 using Reunion for Macintosh